Als ik langs het woonzorgcentrum Vredenburgh aan de rand van het Rembrandtpark fiets moet ik altijd even aan mevrouw Tolstra denken. Hoe zou het met haar gaan, zes en negentig moet ze nu zijn, als ze nog in leven is.
Het Oranje Fonds had ons bij elkaar gebracht. We hadden ons beide aangemeld voor het project `Achter ieder mens schuilt een verhaal`. Mevrouw Tolstra zou haar levensverhaal vertellen en ik zou het op schrijven.
Onze eerste afspraak was op een zonnige mei-middag in haar kamer. We zaten tegenover elkaar, tussen ons de salontafel met een gehaakt kleedje erop. Daarop stond een schaaltje met chocolaatjes en een trommeltje met krakelingen, de deksel lag er half op. De pot thee stond op het theelichtje.
`Kunt u vertellen wat u eerste herinnering is?` vraag ik aan haar.
`Ik was drie jaar en zat op de kleuterschool bij Juffrouw Schoonhoven. Elke dag moesten we onze handjes op de bank leggen, dan werd er gekeken of ze schoon waren. Op een dag, op weg naar school, zag ik dat mijn nagel vies waren, ik weigerde om naar binnen te gaan.`
`Ik ben wel benieuwd hoe u eruit zag als kind?`
`Ik had allemaal rode krulletjes, geen sproeten want we gingen nooit op vakantie. Mijn vader had maar negen dagen vrij van de gasfabriek.`
Ik zag het beeld voor me van het kind met de rode krullen met een iets te bleke huid.
Het eerste uurtje met mevrouw Tolstra was een genoeglijk samenzijn. Ze praatte met plezier over haar jeugd en kon beeldend vertellen. Ik zag de Haarlemmerweg voor me met aan de overkant het Westerpark waar haar vader in de gasfabriek werkte. De J.M.Kempersstraat, wat ik ken omdat een vriendin daar heeft gewoond.
Op ons daaropvolgende afspraak was mevrouw Tolstra niet op haar kamer. Ik nam de lift naar beneden om haar te zoeken.
`Is ze er niet!` Dat is echt iets voor haar. Heb je al op het terras gekeken?` vroeg de activiteitenbegeleidster die ik in de hal tegen het lijf liep.
Ik keek het terras over, mevrouw Tolstra kwam stapje voor stapje mijn kant opgelopen, haar rollator voor zich uitduwend. Ze had haar hoofd gebogen, haar zilvergrijze haar schitterde in het zonlicht. Ik noemde haar naam, ze keek me verbaasd aan.
`Ben jij er?`
`Ja, hebt u zin om te praten.`
`Dan moeten we een afspraak maken.`
`We hebben vandaag een afspraak.`
`Ik krijg bezoek.`
`Van mij?`
`Nee, mijn nicht komt langs.`
`Zal ik dan volgende week langskomen rond dezelfde tijd?`
`Ja, doe dat maar.`
`Wilt u nog wel praten?`
`Ik wordt er wel moe van.`
Als we een week later opnieuw tegenover elkaar zitten, verteld ze over de Marva. Ze was één van de eerste vrouwen die zich had aangemeld voor de Vrouwenafdeling van de Marine. Ze kreeg in Londen een training en zou worden uitgezonden naar Nederlands-Indië.
Ik luisterde geboeid naar het verhaal van de overtocht over de woelige oceaan. Als ze met haar verhaal is aangekomen in Indië veranderde er iets in haar stem. Plotseling werd het stil. Ik zag hoe ze in elkaar dook, alsof ze elk moment een klap verwachtte. Haar handen die gevouwen in haar schoot lagen wreef ze onafgebroken tegen elkaar en ze staarde afwezig voor zich uit.
Na een tijdje doorbreek ik de stilte.
`Gaat het wel goed met u, mevrouw Tolstra.`
Ze keek me verschrikt aan.
`Ik stop ermee,` haar stem sloeg over.
`Het raakt u hé?`
`Ik wil geen gesprekken over vroeger, ik slaap er niet van.`
`Dat is goed mevrouw Tolstra, dan stoppen we.`
We zaten een tijd stilletje voor ons uit te kijken.
`Zullen we nog iets drinken op het terras?`
`Nee.`
`Wilt u dat ik opstap?`
`Ja.`
`Ik wens u het allerbeste,` ik leg mijn hand even op haar onderarm.`
Ze knikt zonder naar me te kijken.
Tranen sprongen in mijn ogen, haar zo alleen achter moeten laten deed me pijn.
Het is drie jaar geleden en nog steeds als ik door het Rembrandtspark fiets moet ik aan haar denken. Zoals nu, ik kijk naar het raam waar ze achter woont en fiets over de brug richting het zorgcentrum.
In de hal bij de receptie vraag ik naar mevrouw Tolstra.
`Mevrouw Tolstra, ik kijk even voor u.`
`Mevrouw is begin juni 2012 plotseling overleden. Hebt u haar gekend?`
Ze is overleden op drieënnegentig jarige leeftijd, een week na onze laatste afspraak.
Haar verhaal heeft ze meegenomen haar graf in.